Gedoopt in de St. Jan te 's-Hertogenbosch 19 november 1727, vader Franciscus, koopman, moeder Anna Maria van Berckel (S 19); in 1775 kapelaan van het rectoraat en in 1763 rector van het R.K. Bedehuis in de Boerenmouw te 's-Hertogenbosch; ingev. Res. van de Staten-Generaal van 10 juni 1773 werd dit Bedehuis verkocht (Voorn. huiz. III blz. 174); in 1767 deken van 's-Hertogenbosch; begraven te 's-Hertogenbosch 20 juni 1799 (S 570, Schutjes II blz. 210 en III blz. 22). | 493 |
's-Bosch. Imm. Leuven tussen 31 augustus 1747 en 28 februari 1748 (artes, pedagogie het Varken, dives, minderjarig). Promoveerde 18 november 1749 tot A.L. als 16e van 86 candidaten. Werd 7 maart 1752 A.M. Studeerde ook theologie. Behaalde de baccalaureaatsgraden currens (12 juni 1752) en formatus (15 februari 1754). Zoon van François, koopman, en Anna Maria van Berckel. Was in 1755 kapelaan van de schuilkerk achter de Boerenmouw te 's-Bosch. Daarvan rector vanaf 1763. Werd in 1767 deken van 's-Bosch en in 1798 provisor van het seminarie aldaar. Overleed 17 juni 1799.MUL, VIII, 160; NSH, 177; ARAB/FUL 476, 809, 813; vSvY, II, 305; Schutjes, IV, 298; Mommers, Brab., 493 | 575 |
H. Bots, J. Matthey, M. Meyer, Noordbrabantse studenten (1979) 575
G.P.J. Giezenaar, De strijd tussen kerk en staat (1938) 135
A.R.M. Mommers, Brabant van generaliteitsland tot gewest (1953) 493
L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's Hertogenbosch II (1872) 210; III (1872) 22; IV (1873) 298